Vind mijn traject
Het specifieke aan deze routes, die meer dan 2.000 km RAVeL en gedeelde routes beslaan, is dat ze een eigen naam en nummering hebben. Ze zijn samengesteld uit een aantal etappes die elkaar logisch opvolgen. Het is interessant, maar niet verplicht, om die te volgen. Elke etappe kan in één dag worden afgerond en verbindt steden met voldoende infrastructuur voor de fietser. Net als autoroutes zijn deze routes bewegwijzerd en gemarkeerd met specifieke borden.
In Wallonië wordt de signalisatie geleidelijk voorzien op een groene achtergrond (vroeger op een blauwe achtergrond).
Op deze borden staan de symbolen van de gebruikers voor wie de route bedoeld is: voetgangers en/of fietsers en/of ruiters.
Op de borden staan bestemmingen die verderweg gelegen zijn (steden, zelfs relatief ver, waar een groot aantal diensten aangeboden worden = "Thuin") en nabijgelegen bestemmingen (volgende plaats = "Lobbes"), afstanden en een pijl met de te volgen richting.
Onder de signalisatie staat een klein bord met het nummer of met het logo van de gevolgde regionale of internationale route ("9" en "Vennbahn"). Bij de RAVeL worden het RAVeL-logo en de naam van het onderdeel van de RAVeL toegevoegd. Dat is ofwel de naam van de voormalige spoorlijn ("Lijn 48") ofwel van de rivier die je volgt ("Samber").
Soms gebeurt het dat een route afgesloten is op een korte traject wegens werkzaamheden (werven) of tijdelijke gebeurtenissen. Er wordt dan een oranje bord aangebracht met de wegomlegging. Deze borden op oranje achtergrond worden ook gebruikt om zogenaamde tijdelijke routes aan te geven, die in afwachting van de ontwikkeling van de RAVeL met het autoverkeer gedeelde wegen nemen.